Landaankoopfonds ambassadeur Arjan Dwarshuis doneert aan de natuur
16 december, 2024
Dinsdag 04 juni 2024
Headerfoto: Stephanie Broekarts IUCN NL, nikkelmijn vlakbij Siuna, centraal Sulawesi
‘Gezien de wereldwijde overstap op hernieuwbare energie en de digitalisering van onze economieën en samenlevingen, is de verwachting dat de vraag naar de kritieke grondstoffen die deze overstap mogelijk maken, zoals nikkel, lithium en bauxiet (aluminium), de komende decennia exponentieel toeneemt,’ vertelt Sprenger. ‘Dit betekent dat we zorgvuldiger moeten omgaan met deze grondstoffen, dat er meer moet worden ingezet op circulariteit en hergebruik en dat we minder moeten consumeren. Dit zal echter waarschijnlijk de toegenomen vraag niet volledig kunnen adresseren, waardoor winning van nieuwe kritieke grondstoffen onvermijdelijk zal zijn en dus ook helaas de exploitatie van nieuwe mijnen.’
Het doel van de CRMA is het versterken van de grondstoffenwaardeketens in de Europese Unie. Het heeft dan ook met name een economische insteek. Toegang tot grondstoffen is van essentieel belang voor de economie. Bepaalde grondstoffen worden kritiek geacht vanwege hun grote economische belang en doordat het aanbod zeer geconcentreerd uit een beperkt aantal landen buiten Europa komt. De CRMA adresseert dit risico. Zo bevat de verordening maatregelen die ervoor moeten zorgen dat bij de invoer van kritieke grondstoffen meer wordt gediversifieerd (niet meer dan 65% afhankelijkheid van een derde land) en dat de capaciteiten van de Europese Unie toenemen qua winning (ten minste 10% van het jaarlijks verbruik in 2030), verwerking (ten minste 40% van het jaarlijks verbruik) en hergebruik (ten minste 25% van het jaarlijks verbruik).
Om duurzaamheid te bevorderen bevat de CRMA maatregelen om ervoor te zorgen dat de terugwinning van kritieke grondstoffen uit winningsafval makkelijker wordt, door bijvoorbeeld etiketteringen voor te schrijven voor de aanwezigheid van permanente magneten die in onder andere windturbines zitten. Ook staan er in de verordening doelstellingen voor de recyclingcapaciteit. .
Sprenger: ’Door circulariteit en het duurzaam gebruik van kritieke grondstoffen te bevorderen en de recyclingcapaciteit binnen de EU te vergroten worden goede stappen gezet. Het is erg belangrijk dat hier vol op wordt ingezet. Daardoor hoeven we op termijn hopelijk minder grondstoffen te winnen, waardoor schade aan de natuur beperkt kan worden.’
In de CRMA staat dat bestaande Europese wetgeving ter bescherming van natuur en milieu moet worden nageleefd. Dit betekent dat bij de winning van kritieke grondstoffen rekening gehouden moet worden met Europese Richtlijnen zoals de milieueffectbeoordeling, instandhouding van natuurlijke habitats en wilde flora en fauna, de vogelstand en het waterbeleid.
Voor natuur buiten Europa geldt dat men zich dient te houden aan internationale afspraken en nationale wetgeving. Sprenger: ‘Het is belangrijk dat de Europese natuurwetgeving wordt nageleefd. Het is echter een gemiste kans dat men de buiten Europa gelegen beschermde natuurgebieden, tropische bossen, wetlands, kwetsbare ecosystemen en key biodiversity areas niet heeft opgenomen als no-go–zones waar grondstofwinning niet is toegestaan. Om klimaatverandering en verder biodiversiteitsverlies tegen te gaan, maar ook voor de lokale water- en voedselvoorziening, zijn deze gebieden van cruciaal belang. Ook als men serieus aan de slag wil met het behalen van de internationale klimaat- en biodiversiteitsdoelstellingen, zoals omschreven in het Klimaatverdrag en het Global Biodiversity Framework, moeten we deze gebieden ontzien.’
De CRMA maakt in haar duurzaamheidsmaatregelen een uitzondering voor zogenaamde strategische projecten. Dit zijn projecten die worden geacht het algemeen belang te dienen en van een hoger belang te zijn dan de natuur, waardoor de eerdergenoemde wetgeving ter zijde geschoven kan worden. Verder zijn de termijnen voor milieubeoordelingen en milieuvergunningen relatief kort, waardoor het risico bestaat dat er besluiten genomen worden zonder dat alle risico’s, waaronder risico’s voor de natuur en mensenrechten, volledig in kaart zijn gebracht.
Sprenger: ‘Ten aanzien van oorspronkelijke bewoners van in het gebied waar plannen voor mijnbouw zijn, is het teleurstellend dat het ‘free prior informed consent’ (FPIC) principe niet expliciet genoemd wordt in de CRMA. Er is alleen bepaald dat zij ‘betekenisvol geraadpleegd’ moeten worden. Uit onderzoek is gebleken dat 54% van de benodigde grondstoffen voor de energietransitie zich bevinden in gebieden van inheemse bevolking en lokale gemeenschappen[1] https://theconversation.com/54-of-projects-extracting-clean-energy-minerals-overlap-with-indigenous-lands-research-reveals-195438 Het risico dat zij van hun land worden verdreven ten gunste van dergelijke strategische projecten is dan ook aanwezig. Het respecteren en naleven van het FPIC-principe is in dit verband dan ook erg belangrijk.’
Dit mede in het licht van het feit dat de mijnbouwsector voor natuurbeschermers, onder wie veel oorspronkelijke bewoners van de door mijnbouw bedreigde gebieden, een gevaarlijke sector is. De sector wordt in verband gebracht met afnemende civic space en met de intimidatie, vervolging en het verdwijnen en vermoorden van natuurbeschermers. Volgens Global Witness is het grootste deel van de moorden op natuur- en milieubeschermers in 2022 gelinkt aan de mijnbouw- en delfstoffensector.
Wat betekent deze nieuwe Europese wet voor de Nederlandse overheid en het Nederlandse bedrijfsleven? ‘Nederland moet op allerlei fronten aan de slag met de CRMA,’ vertelt Sprenger. ‘Materiaal moet makkelijker te recyclen zijn en circulariteit moet worden bevorderd. Nederland moet bijvoorbeeld nationale programma’s vaststellen en uitvoeren met maatregelen voor afvalinzameling en hergebruik van producten met kritieke grondstoffen.’
Er zal in Nederland een nationale bevoegde autoriteit aangewezen worden voor het faciliteren en coördineren van vergunningsprocedures voor projecten met betrekking tot kritieke grondstoffen. Verder moet de Nederlandse overheid informatie over bijvoorbeeld de vergunningsprocedure op een centrale en goed vindbare plek delen.
Nederland is ook bezig met eigen beleid ten aanzien van grondstoffen. Zo is er de Nationale Grondstoffenstrategie en wordt er gewerkt aan een Circulaire Economiewet. Belangrijke ontwikkelingen volgens Sprenger, die nauw samenhangen met wat er op Europees niveau gebeurt. ‘De Nationale Grondstoffenstrategie incorporeert de uitgangspunten van de CRMA met betrekking tot het belang van circulariteit, recycling, diversificatie en milieu. Een belangrijk verschil is wel dat de Nationale Grondstoffenstrategie daar vooralsnog geen concrete doelstellingen aan verbindt, zeker wat de impact op natuur en mensenrechten betreft.’
Met het project Bottom line! zetten we ons met een brede coalitie van maatschappelijke organisaties in voor een eerlijke energietransitie met zo min mogelijk impact op mens en natuur. Bottom Line! wordt gesteund door de Nationale Postcode Loterij.