Wereldwijd worden de effecten van klimaatverandering steeds merkbaarder. Extreme droogte, overstromingen, hittegolven, orkanen en bosbranden worden frequenter en raken mensen over de hele wereld, voornamelijk zij die het minst hebben bijgedragen aan de klimaatcrisis. Om de effecten van klimaatverandering te minimaliseren en opwarming zo veel mogelijk te beperken, moeten we overstappen van fossiele brandstoffen naar hernieuwbare energiebronnen en ons energieverbruik verminderen. IUCN NL werkt aan een eerlijke energietransitie, waarbij de negatieve impact op mens en natuur zo klein mogelijk is.

Headerfoto: Alyansa Tigil Mina

De energietransitie is ontzettend complex. Als deze niet op een rechtvaardige manier gebeurt, kan het ongelijkheid in de hand werken. Tegelijkertijd biedt de energietransitie een unieke kans om zowel de klimaatcrisis op te lossen als ongelijkheid en armoede te verminderen.

Grondstoffen voor de energietransitie

Voor de energietransitie zijn enorme hoeveelheden mineralen en metalen nodig, die bijvoorbeeld in batterijen en zonnecellen worden gebruikt. De Wereldbank schat dat de vraag naar grondstoffen die nodig zijn voor de energietransitie in 2050 met 500% zal zijn toegenomen.[1]Bron: https://www.worldbank.org/en/news/press-release/2020/05/11/mineral-production-to-soar-as-demand-for-clean-energy-increases

Nickel mining on Sulawesi (c) Fachrudin Jabrig - Indonesia Nature Film Society
Nikkel mining op Sulawesi (c) Fachrudin Jabrig – Indonesia Nature Film Society

Veel van deze grondstoffen bevinden zich in het mondiale Zuiden op plekken met een hoge biodiversiteit[2]Zie: Mining’s Impact on Biodiversity: A Rising Risk? (MSCI, 2021) en de winning ervan leidt vaak tot ontbossing, vervuiling en de schending van de rechten van lokale en inheemse gemeenschappen. Zo wordt bijvoorbeeld het Tompotika-oerbos in Indonesië bedreigd door nikkelmijnbouw; zijn er in het Atewa-oerbos in Ghana plannen zijn voor bauxietwinning; en verzetten inheemse gemeenschappen in Tampakan in de Filipijnen zich tegen de grootschalige winning van kopererts in een kwetsbaar stroomgebied.

Het gros van grondstoffen die nodig zijn voor de energietransitie worden aan het mondiale Zuiden onttrokken voor weinig geld en onder slechte arbeidsomstandigheden en geëxporteerd naar het Noorden. Ondertussen hebben gemeenschappen in het Zuiden te lijden onder ontbossing, milieuvervuiling, uitbuiting en gezondheidsschade. De disproportionele impact van klimaatverandering komt hier nog eens bovenop, vooral veroorzaakt door de fossiele voetafdruk van westerse landen. Vrouwen, meisjes en de Inheemse bevolking worden daarbij extra hard geraakt.

Diepzeemijnbouw in opkomst

Recentelijk is er ook meer interesse in het onderzoeken van diepzeemijnbouw. De diepzeebodem is namelijk rijk aan grondstoffen als kobalt en nikkel, mineralen waarvan de vraag door de energietransitie alleen maar toeneemt. De diepzee heeft een enorm hoge biodiversiteit: wetenschappers schatten dat er wel 10 miljoen soorten leven. De meerderheid van die soorten is nog niet ontdekt.[3]Bron: https://savethehighseas.org/about-the-deep-sea/ De oceaan is bovendien een groot opslagreservoir van koolstof, die naar schatting zo’n 31% van alle CO2-emmissies uit de lucht opslaat.[4]Bron: https://www.ncei.noaa.gov/news/quantifying-ocean-carbon-sink Verstoring door diepzeemijnbouw kan die functie aantasten. Experts pleiten voor meer onderzoek naar de impact voordat begonnen kan worden met diepzeemijnbouw én voor een grotere focus op alternatieve manieren om een succesvolle energietransitie te bereiken die de diepzee niet verstoren. Zo kan de vraag naar transitiemineralen met maar liefst 58% worden verminderd als meer wordt ingezet op innovatie en recycling.[5]Bron: The Future Is Circular: Circular Economy and Critical Minerals for the Green Transition, SINTEF / WWF, november 2022

Een kwal op 3700 meter diepte gefotografeerd.
Image courtesy of NOAA Office of Ocean Exploration and Research, 2016 Deepwater Exploration of the Marianas

Gemarginaliseerde groepen extra geraakt

Waar bossen gekapt worden voor grootschalige mijnbouwactiviteiten en de daarmee gepaard gaande zware infrastructuur, gaat dat vaak ten koste van grondgebied en de rechten van de oorspronkelijke bewoners en andere inwoners van het gebied. Met hun uitgebreide kennis en ervaring spelen deze gemeenschappen een sleutelrol in het beheer van bossen. Zij moeten als belangrijke actoren in alle besluitvormingsprocessen meegenomen worden die betrekking hebben op hun land en levensonderhoud.

Het belangrijk dat de rechten van oorspronkelijke bewoners en andere inwoners van het gebied –in het bijzonder vrouwen en jongeren, die vaak ondervertegenwoordigd zijn in de besluitvorming – erkend en gerespecteerd worden, en dat zij een grotere rol spelen in beleid en besluitvorming. De principes van free, prior and informed consent (FPIC) en het recht op een veilige, schone, gezonde en duurzame omgeving zijn daarbij leidend.

Facts & figures

  • 44% van alle mijnbouw vindt plaats in bossen[6]Bron: Forest Smart Mining, World Bank 2019, terwijl wereldwijd 1.6 miljard mensen afhankelijk zijn van bossen voor hun levensonderhoud.[7]Bron: UN Environment Programme: https://www.unep.org/explore-topics/forests/about-forests
  • 77% van alle mijnen bevindt zich binnen een straal van 50 km van belangrijke biodiversiteitsgebieden.[8]Bron: Extracted forests, WWF 2023
  • Meer dan de helft van de mijnbouw die nodig is voor de energietransitie bevindt zich in of rondom het grondgebied van de oorspronkelijke bewoners van grondstofrijke gebieden.[9]Bron: https://www.nature.com/articles/s41893-022-00994-6
  • In 2050 zal de vraag naar grondstoffen die nodig zijn voor de energietransitie met 500% zijn toegenomen.[10]Bron: Minerals for Climate Action, Worldbank 2019
  • Mijnbouw gaat vaak hand in hand met mensenrechtenschendingen.[11]Zie: https://www.globalwitness.org/en/press-releases/deadly-decade-land-and-environmental-activists-killing-every-two-days/, … Continue reading In een rapport van de Responsible Mining Index halen de grootste mijnbouwbedrijven van de wereld gemiddeld slechts een score van 19% op mensenrechten-gerelateerde problemen.

Wat doet IUCN NL voor een eerlijke energietransitie?

Minder verbruik en meer hergebruik van grondstoffen

Bij een gelijkblijvend energieverbruik riskeren we dat de explosieve groei van de benodigde grondstoffen zorgt voor een ecologische ramp in de winningsgebieden, ook al zal die energie in toenemende mate afkomstig zijn uit hernieuwbare bronnen.[12]Bron: https://www.nature.com/articles/s41560-018-0172-6 Daarom moet het wereldwijde energieverbruik omlaag. De overgang naar een circulaire economie, oftewel het terugwinnen en hergebruiken van kritieke grondstoffen, is cruciaal om de afhankelijkheid van primaire grondstoffen en de negatieve impact van de winning ervan te verminderen.[13]Bron: https://www.ser.nl/nl/actueel/zicht/op/circulaire-economie-energietransitie

(c) Alyansa Tigil Mina

Striktere en transparante mijnbouw wet- en regelgeving

In gebieden waar mijnbouw plaatsvindt, versterken wij de stem van de (inheemse) bevolking en van mensen die opkomen voor milieu- en mensenrechten en voor een transparante waardeketen. Ook zetten wij ons samen met hen in om lokale wet- en regelgeving en internationale standaarden voor mijnbouw te verbeteren, om deze bekend en toegankelijk te maken en om ervoor te zorgen dat deze nageleefd worden.

Behalve bestaande wet- en regelgeving zijn er ook vrijwillige duurzaamheidsnormen waar mijnbouwbedrijven zich aan kunnen committeren. Deze sectorstandaarden stellen vaak hogere eisen aan duurzaamheid dan nationale wet- en regelgeving. We stimuleren bedrijven om zich publiekelijk te verbinden aan dit soort standaarden en richtlijnen, zoals die van het IRMA (Initiative for Responsible Mining Assurance). Veel multinationals zijn hierop aanspreekbaar, mede doordat steeds meer investeerders eisen op dit gebied stellen.

Bepaalde gebieden, zoals gebieden die belangrijk zijn voor biodiversiteit, watervoorziening en klimaatadaptatie- en mitigatie moeten wat ons betreft volledig worden uitgesloten van mijnbouw en worden aangewezen als no-go zones. Ook richting Europese en Nederlandse belanghebbenden zetten wij ons in voor strengere regelgeving en standaarden en we benadrukken het belang van het verminderen van energieconsumptie, van recycling en van circulair ontwerp.

Een transparantere keten

Om zeker te zijn dat grondstoffen worden gewonnen op een verantwoordelijke manier, is transparantie in de gehele keten cruciaal: van vergunningverlening tot het verwerken van de materialen. Elk bedrijf dat producten uit de mijnbouw verwerkt, moet weten waar en onder welke omstandigheden de delfstoffen gewonnen worden. IUCN NL stimuleert bedrijven in de metaalsector om hun keten beter in kaart te brengen en dringt aan op bindende regelgeving.  Dat gebeurt onder meer als onderdeel van Convenanten voor Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO-convenanten) en door te werken met standaarden als het IRMA en het Extractives Industry Transparency Initiative (EITI).

Harde afspraken over natuurherstel

Mijnbouw richt vaak onherstelbare schade aan aan natuur en biodiversiteit. Daarom pleit IUCN NL in eerste instantie voor no-go zones. Als er toch mijnbouw plaatsvindt, dan moet dit gebeuren volgens een standaard als die van de IRMA. Dit omvat ook hun standard for mine site restoration: een plan van aanpak om het aangetaste landschap te herstellen na mijnbouw. Bij het verlenen van vergunningen voor mijnbouw moet al toe gezien worden op concrete plannen met budget voor natuurherstel.

Onze projecten die bijdragen aan een eerlijke energietransitie

Onze experts

Maartje Hilterman
Project Leader – Forests for a Just Future
Mark van der Wal
Senior Expert Ecosystems & Extractives