IUCN Rode Lijst: meer dan 40% van de…
13 november, 2024
Donderdag 07 maart 2019
Headerfoto door: Johannes Plenio from Pexels
De Nederlandse overheid blijft op eigen grondgebied achter op het terugdringen van broeikasgasemissies, maar in het buitenland investeert zij effectief in behoud en herstel van bosrijke ecosystemen om het mondiale klimaat te stabiliseren. In het klimaatdebat ligt veel nadruk op vermarktbare technologie en energievoorziening om emissies te verminderen, terwijl behoud en herstel van bossen – noodzakelijke bondgenoten om broeikasgas op te slaan en emissie te voorkomen – veelal buiten beschouwing wordt gelaten.
Dat is vreemd, want het voorkomen van degradatie of conversie van natuurlijk bos is de meest kosten-efficiënte manier om de opwarming van de aarde tegen te gaan. Deze natuurlijke klimaatoplossing kan 37% van de benodigde emissiereductie leveren in de periode 2020-2030[1], tegen een prijs van ongeveer 20 euro per ton CO2-e.[2]. Bovendien leveren bossystemen gratis diensten voor de bevolking, zoals schoon water, overstromingsbuffers, gezonde bodems, leefgebieden voor dieren, en klimaatverkoeling, die op hun beurt duurzame ontwikkeling op lokaal niveau veiligstellen. Ter vergelijking, de Nederlandse fiscus zal voor Carbon Capture Storage (CCS) 40 tot 135 euro per ton CO2 vermeden uitstoot moeten uittrekken en subsidieert nu al iedere verkochte Tesla met fiscale maatregelen ter waarde van 1700 euro per ton CO2 vermeden uitstoot [3. Deze interventies brengen sociale lasten en milieulasten met zich mee, negatieve externaliteiten, zoals een verminderde waarde van woningen in CO2 opslaggebieden en verlies aan biodiversiteit door mijnbouw in tropische gebieden.
Gelukkig financiert de Nederlandse overheid uit haar beleid van hulp en handel groene organisaties die bijdragen aan de waarborging van internationale bosbescherming en bosherstel. Zo draagt IUCN NL in het strategisch partnerschap ‘Shared Resources, Joint Solutions’ met 154 lokale partnerorganisaties bij aan het beschermen en duurzaam beheren van ongeveer 43 miljoen hectare bosoppervlakte in 25 landschappen in 16 ontwikkelingslanden. Dit bosareaal beslaat ongeveer 10 maal het oppervlakte van Nederland en bevat de hoeveelheid koolstof van ongeveer 42 maal de jaarlijkse CO2 uitstoot van Nederland. Tientallen voorbeelden van het werk uit dit partnerschap hebben geresulteerd in duurzaam bosbeheer, zoals het redden van 6000 hectare Ugandees bos van landbouwactiviteiten en duurzaam beheer van een bosrijk natuurreservaat door dorpelingen in Ghana.
Met de bescherming van dit bosareaal draagt Nederland direct bij aan het Parijsakkoord en de Sustainable Development Goals (SDG15: Life on land; SDG12: Responsible Consumption and Production). Het is daarom van ongekend belang dat de Nederlandse overheid blijft investeren in bescherming en herstel van bossen. Het Nederlandse bedrijfsleven speelt hierbij een complementaire rol door in te zetten op duurzaam landschapsbeheer en het stoppen van ontbossing.
De focus van het Nederlandse klimaatdebat is vooral gericht op de beste klimaatinvesteringen op technologisch vlak in eigen land, terwijl de rol van internationale klimaatfinanciering en ontwikkelingssamenwerking onbesproken blijft. Dit is een gemiste kans, want investeren in behoud en herstel van bosgebieden biedt behalve een kosten-efficiënte klimaatoplossing ook positieve effecten op ecosystemen en lokale gemeenschappen. Daarom deze oproep aan alle klimaatactievoerders en politici: laten we voor een succesvol klimaatbeleid vooral kijken naar internationale kansen voor bosbehoud en bosrestauratie en het voorkomen van ontbossing en bosdegradatie.
[3] https://www.pbl.nl/sites/default/files/cms/publicaties/pbl-2018-kosten-energie-en-klimaattransitie-in-2030-update-2018_3241.pdf