IUCN Rode Lijst: meer dan 40% van de…
13 november, 2024
Woensdag 02 januari 2019
Headerfoto: Mijnbouw in Myanmar © Carl Königel
Het winnen van tin en andere mineralen gaat in Myanmar lang niet altijd volgens de geldende procedures en milieubeheerplannen. Omwonenden raken hun land kwijt door de uitgifte van mijnbouwconcessies en zien hun waterbronnen opdrogen omdat het water zich verzamelt in de kraters van de open mijnbouw. Bovendien raakt het water zwaar vervuild door illegaal gebruik van giftige chemicaliën.
Om de schending van de rechten van omwonenden en schade aan de natuur een halt toe te roepen, is beter toezicht en naleving van geldende wet- en regelgeving noodzakelijk. Nadat de Myanmarese overheid zich had aangesloten bij het Extractive Industries Transparency Initiative (EITI), heeft partnerorganisatie DDA met steun van IUCN NL gepleit voor de totstandkoming van civiele monitoringgroepen om te controleren of mijnbouwactiviteiten in lijn zijn met de wet. DDA heeft hiervoor in samenspraak met andere maatschappelijke organisaties een monitoringsprocedure met een gebruiksvriendelijke checklist voorgesteld, die door de overheid geaccepteerd en erkend is. Nu houden de monitoringgroepen, bestaande uit leden van lokale gemeenschappen, vinger aan de pols en kaarten zij misstanden aan bij het bevoegde ministerie. Bovendien onderhandelen ze succesvol met mijnbouwbedrijven over compensatie voor getroffen gemeenschappen.
Het regionale Ministerie van Natuurlijke hulpbronnen en Natuurbehoud erkende 11 monitoringgroepen in de administratieve regio Taninthary. Dit bosrijke gebied telt slechts 1,4 miljoen inwoners, terwijl het met een oppervlakte van 44.345 km2 groter is dan Nederland.
De monitoringgroep voor het dorp Yamon onderhandelde met betrokken bedrijven over compensatie voor de meer dan 100 personen die hun land kwijtraakten ten gunste van mijnbouwconsessies. Dit resulteerde in een financiële tegemoetkoming van 125.385.944 Myanmarese kyat (circa 70.000 euro) voor de getroffenen.
De monitoringgroep voor de mijnstreken Heinda en Bawapin rapporteerde in november 2017 aan de verantwoordelijke minister over misstanden zoals het overlappen van mijnbouwconcessies met gemeenschapsgronden en ernstige watervervuiling door illegaal gebruik van giftige chemicaliën. Daarop voerde de regionale overheid inspecties uit. Die resulteerden erin dat de concessiehouder zijn vergunning na de vervaldatum in 2019 niet mag verlengen.